Paroles et traduction Jan Rot - De 'Hoop'

De 'Hoop'

Klokke vier wekte ons de stuurman met zijn
Kreet: "alle hens aan dek!" 't Was de wacht
Geweest in het vooronder die ontdekt had:
"Boots, we varen lek..." Verloren leek ons
Schip, gevangen op een klip.

Onze "Hoop" maakte steeds meer water, de
Vraag was enkel nog wanneer ze kapseizen
Zou. De kleine scheepsjongen bad stilletjes
Tot Jezus, of die voor zijn oude moeder
Zorgen wou. Verloren was ons schip, gevangen op een klip.

De kapitein vocht op de plecht, maar recht
Kreeg zelfs hij het roer niet. Het schip
Brak, toen kantelde de ra. Sloeg twee man
Overboord,

Ik werd wakker in een sloep naast de
Bootsman. Ik greep zijn hand maar die was
Al koud. Met proviand voor twee, drie weken
En een maand ver uit de kust, weet ik:
Een jongen op de vaart, wordt zelden oud.
Aan de einder blinkt een stip: de resten
Van ons schip.

The 'Hope'

Four o'clock woke us, the mate with his
Cry: "All hands on deck!" It was the watch
That was in the hold who had discovered:
"Boat, we're taking on water..." Our ship seemed
Lost, caught on a reef.

Our "Hope" was taking on more and more water, the
Question was only when she would capsize
Would. The little cabin boy prayed silently
To Jesus, if he would take care of his old mother
He wanted. Our ship was lost, caught on a reef.

The captain fought on the deck, but right
Even he couldn't get the rudder. The ship
Broke, then the mast tipped. Two men
Overboard,

I woke up in a boat next to the
Boatswain. I grabbed his hand but it was
Already cold. With provisions for two, three weeks
And a month out to sea, I know:
A boy on the voyage, rarely gets old.
On the horizon, a dot gleams: the remains
Of our ship.