De Woonboot - Stef Ekkel перевод на немецкий

De Woonboot

Nelis en Leentje dat waren twee mensen,
heel doodgewoon, net als de rest
ze wilden graag trouwen maar hadden geen woning,
en daarin had Leentje geweldig de pest.

Maar op een dag toen moest het gebeuren
ze kochten een bootje, het was wel geen pracht
maar het kon ze niet schelen; ze waren gelukkig
en legde het bootje bij ons in de gracht

refrain:
En we hebben een woonboot
hij ligt in de Amstel
we hebben een schuitje
't is ons ideaal
en ben je een keertje
bij ons aan de Amstel
kom dan in ons bootje
gerust allemaal

Maar op een morgen zei plotseling Nelis
kijk nou 'ns Leentje hoe dat nou toch komt
ik zit hier verdorie met m'n voeten in het water
er zit een gat als een vuist in de romp

Het water steeg snel en de meubels die dreven
de kans op verdrinken die was toen heel groot
want geen van beiden konden ze zwemmen
ze dreven de deur uit op een tafelpoot

refrain

We hebben de schuit naar de helling getrokken
daar stopten ze heel vakkundig het lek
Leentje kon toen haar meubels gaan poetsen
Want de stof van de krukjes zag blauw van de drek

maar ze lagen niet lang bij ons in de Amstel
toen kwam er een smeris zo een met een pet
hij zei "jullie moeten hier wegwezen mensen
jullie hebben de Amstel met dat bootje besmet."

refrain

We hebben de schuit uit de Amstel getrokken
ze protesteerden maar dat gaf hun geen biet
want je moet weten, 't is Jan met de pet maar
die moeten ze hebben en de groten dus niet

refrain (2x)

Hatsjee

Das Hausboot

Nelis und Leentje, das waren zwei Menschen,
ganz gewöhnlich, wie alle anderen auch.
Sie wollten gerne heiraten, hatten aber keine Wohnung,
und darüber war Leentje gewaltig sauer.

Aber eines Tages sollte es passieren,
sie kauften ein Boot, es war zwar nicht prächtig,
aber das war ihnen egal; sie waren glücklich
und legten das Boot bei uns in der Gracht an.

Refrain:
Und wir haben ein Hausboot,
es liegt in der Amstel.
Wir haben ein Schiffchen,
es ist unser Ideal.
Und bist du mal
bei uns an der Amstel,
komm dann in unser Boot,
ganz unbesorgt, meine Liebe.

Aber eines Morgens sagte plötzlich Nelis:
"Schau mal, Leentje, wie kommt das denn?"
Ich sitze hier verdammt nochmal mit den Füßen im Wasser,
da ist ein Loch wie eine Faust im Rumpf.

Das Wasser stieg schnell und die Möbel trieben,
die Gefahr zu ertrinken war sehr groß,
denn keiner von beiden konnte schwimmen.
Sie trieben auf einem Tischbein aus der Tür.

Refrain

Wir haben das Schiff zur Werft gezogen,
dort stopften sie sehr fachmännisch das Leck.
Leentje konnte dann ihre Möbel putzen,
denn der Stoff der Hocker war blau vom Dreck.

Aber sie lagen nicht lange bei uns in der Amstel,
da kam ein Polizist, so einer mit einer Mütze,
er sagte: "Ihr müsst hier verschwinden, Leute,
ihr habt die Amstel mit dem Boot verseucht."

Refrain

Wir haben das Schiff aus der Amstel gezogen,
sie protestierten, aber das brachte ihnen nichts,
denn du musst wissen, es ist der kleine Mann,
den sie kriegen müssen, und die Großen eben nicht.

Refrain (2x)

Hatschi!