paroles de chanson De zotte morgen - Hans de Booij
De
nacht
sluipt
weg
De
lucht
verbleekt
De
schimmen
vluchten
zwijgend
En
aan
de
verre
horizon
Begint
de
zon
te
stijgen
En
daar
trekt
uit
de
nevel
op
De
klaarte
van
de
dageraad
Met
in
zijn
schoot
geworpen
De
zotte
morgen
De
stad
ontwaakt
De
eerste
trein
breekt
door
de
stilte
En
op
zijn
signaal
begint
De
wilde
dans
der
dwazen
De
mens
kruipt
uit
zijn
ledikant
Denkt
aan
zijn
werk
en
met
zijn
krant
Ijlt
dan
nog
half
slaperig
door
de
straten
De
wereld
herneemt
zijn
zotte
zorgen
Op
het
ritme
van:
de
zotte
morgen
De
klaarte
eindigt
rood
en
valt
De
kou
zaagt
door
de
ramen
De
stilte
vlucht
voor
al
het
lawaai
Dat
opstijgt
uit
de
straten
En
daar
is
dan
de
morgen
weer
En
schaterlachend
elke
keer
Verdrijft
hij
zonder
schroom
Door
zijn
poorten
en
de
laatste
rust
Wordt
uit
zijn
schuilhoek
gedreven
Vogels
vluchten
vol
verdriet
Uit
hun
torens
en
hun
lied
Wordt
door
niemand
meer
begrepen
De
mensen
lopen
naast
elkaar
Een
ver
groetend
stil
gebaar
Want
alles
wordt
nu
door
de
tijd
gemeten
De
wereld
herneemt
zijn
zotte
zorgen
Op
het
ritme
van:
de
zotte
morgen
Maar
het
land
zelf
slaapt
zijn
roes
nog
uit
Diep
onder
het
loof
verscholen
Hier
komt
geen
mens
of
geen
geluid
De
oneindige
rust
verstoren
Terwijl
de
stad
nu
raast
en
schreeuwt
De
morgen
zijn
bevelen
geeft
Wordt
in
het
ochtendgloren
De
dag
geboren
En
ook
de
kinderen
en
de
dwazen
Blijven
tussen
de
rozen
slapen
Ver
en
veilig
verborgen
Op
het
ritme
van:
de
zotte
morgen
De
zotte
morgen
De
zotte
morgen
Attention! N'hésitez pas à laisser des commentaires.