paroles de chanson De Vlieger. - Koos Alberts
M'n
zoon
was
gisteren
jarig,
hij
werd
acht
jaar
oud
m'n
schat
Hij
vroeg
aan
mij
een
vlieger,
en
die
heeft
hij
ook
gehad
Naar
z'n
bal,
z'n
fiets,
z'n
treinen,
nee
daar
keek
hij
niet
naar
om
Want
z'n
vlieger
was
hem
alles,
alleen
wist
ik
niet
waarom
En
toen
op
zekere
morgen,
zei
hij;
vader
ga
je
mee;
De
wind
die
is
nu
gunstig,
dus
ik
neem
m'n
vlieger
mee
In
z'n
ene
hand
een
vlieger,
in
de
andere
een
brief
Ik
kon
hem
niet
begrijpen,
maar
toen
zei
m'n
zoontje
lief
Ik
heb
hier
een
brief
voor
m'n
moeder
Die
hoog
in
de
hemel
is
Deze
brief
bindt
ik
vast
aan
m'n
vlieger
En
als
zij
dan
leest
hoeveel
ik
van
haar
hou
Dat
ik
niet
kan
wennen
aan
die
andere
vrouw
Ik
heb
hier
een
brief
voor
m'n
moeder
Die
hoog
in
de
hemel
is
Ik
heb
hier
een
brief
voor
m'n
moeder
Die
hoog,
hoog
in
de
hemel
is
Deze
brief
bindt
ik
vast
aan
m'n
vlieger
Dat
zij
hem
ontvangt,
zij
die
ik
mis
Ik
heb
hier
een
brief
voor
m'n
moeder
Die
hoog
in
de
hemel
is
Deze
brief
bindt
ik
vast
aan
m'n
vlieger
Dat
zij
hem
ontvangt,
zij
die
ik
mis
En
als
zij
dan
leest
hoeveel
ik
van
haar
hou
Dat
ik
niet
kan
wennen
aan
die
andere
vrouw
Ik
heb
hier
een
brief
voor
m'n
moeder
Die
hoog
in
de
hemel
is
Attention! N'hésitez pas à laisser des commentaires.