Lyrics Heintje - Ramses Shaffy
                                                Er 
                                                was 
                                                een 
                                                heel 
                                                klein 
                                                vrouwtje
 
                                    
                                
                                                Dat 
                                                breide 
                                                een 
                                                man
 
                                    
                                
                                                Ze 
                                                was 
                                                altijd 
                                                alleen 
                                                en 
                                                dacht
 
                                    
                                
                                                Wat 
                                                heb 
                                                je 
                                                daar 
                                                nu 
                                                'an
 
                                    
                                
                                                Dus 
                                                breide 
                                                ze 
                                                eerst 
                                                z'n 
                                                oogies 
                                                en 
                                                z'n 
                                                oortjes
 
                                    
                                
                                                En 
                                                z'n 
                                                bekkie
 
                                    
                                
                                                Ze 
                                                breide 
                                                toen 
                                                z'n 
                                                neusje 
                                                en 
                                                z'n 
                                                kinnetje
 
                                    
                                
                                                En 
                                                z'n 
                                                nekkie
 
                                    
                                
                                                Ze 
                                                breide 
                                                een 
                                                mooi 
                                                lijfje
 
                                    
                                
                                                En 
                                                dacht: 
                                                Zo, 
                                                ik 
                                                ben 
                                                klaar
 
                                    
                                
                                                Ze 
                                                haakte 
                                                in 
                                                de 
                                                gauwigheid
 
                                    
                                
                                                Een 
                                                mooi 
                                                gebloemd 
                                                altaar
 
                                    
                                
                                                Ze 
                                                trouwden 
                                                in 
                                                de 
                                                morgen
 
                                    
                                
                                                En 
                                                ze 
                                                dacht: 
                                                Ik 
                                                noem 
                                                hem 
                                                Heintje
 
                                    
                                
                                                Ze 
                                                aten 
                                                samen 
                                                gebakken 
                                                koek
 
                                    
                                
                                                En 
                                                dronken 
                                                samen 
                                                een 
                                                wijntje
 
                                    
                                
                                                Ze 
                                                dacht: 
                                                Nu 
                                                gaan 
                                                we 
                                                op 
                                                huwelijksreis
 
                                    
                                
                                                Deed 
                                                Heintje 
                                                in 
                                                haar 
                                                tas
 
                                    
                                
                                                Ze 
                                                liep 
                                                door 
                                                groene 
                                                weiden
 
                                    
                                
                                                Ging 
                                                zitten 
                                                bij 
                                                een 
                                                plas
 
                                    
                                
                                                Ze 
                                                nam 
                                                hem 
                                                in 
                                                haar 
                                                armen
 
                                    
                                
                                                En 
                                                zong 
                                                voor 
                                                hem 
                                                een 
                                                liedje
 
                                    
                                
                                                Ze 
                                                dronken 
                                                samen 
                                                ranja
 
                                    
                                
                                                Uit 
                                                een 
                                                flesje 
                                                met 
                                                een 
                                                rietje
 
                                    
                                
                                                Ze 
                                                dacht: 
                                                Nu 
                                                komt 
                                                er 
                                                regen
 
                                    
                                
                                                Ik 
                                                hoop 
                                                dat 
                                                ik 
                                                het 
                                                red
 
                                    
                                
                                                We 
                                                moeten 
                                                gauw 
                                                naar 
                                                huis 
                                                toe
 
                                    
                                
                                                En 
                                                lekker 
                                                vlug 
                                                in 
                                                bed
 
                                    
                                
                                                Ze 
                                                werden 
                                                in 
                                                het 
                                                ledikant
 
                                    
                                
                                                Al 
                                                heel 
                                                gauw 
                                                goede 
                                                maatjes
 
                                    
                                
                                                Maar 
                                                toen 
                                                ze 
                                                's 
                                                morgens 
                                                opstond
 
                                    
                                
                                                Vond 
                                                ze 
                                                alleen 
                                                wollen 
                                                draadjes
 
                                    
                                
                                                Ze 
                                                dacht: 
                                                Dat 
                                                is 
                                                nou 
                                                jammer
 
                                    
                                
                                                We 
                                                hadden 
                                                het 
                                                zo 
                                                fijn
 
                                    
                                
                                                Maar 
                                                ergens 
                                                moet 
                                                in 
                                                huis
 
                                    
                                
                                                Nog 
                                                wol 
                                                te 
                                                vinden 
                                                zijn
 
                                    
                                
                                                Ze 
                                                dacht: 
                                                Ach, 
                                                lieve 
                                                Heintje
 
                                    
                                
                                                We 
                                                hielden 
                                                van 
                                                elkander
 
                                    
                                
                                                Wees 
                                                nu 
                                                maar 
                                                niet 
                                                boos
 
                                    
                                
                                                Dat 
                                                ik 
                                                toch 
                                                van 
                                                man 
                                                verander
 
                                    
                                
                                                Zolang 
                                                als 
                                                er 
                                                nog 
                                                wol 
                                                is
 
                                    
                                
                                                Maak 
                                                ik 
                                                gewoon 
                                                een 
                                                ander
 
                                    
                                
                            
                                Album
                                
Laat me                                
                                
                            
                        1 Josje
2 Ik denk over je na, Amsterdam
3 Aan de andere kant van de heuvels (met Liesbeth List)
4 Pastorale (met Liesbeth List)
5 Heintje
6 Vier films (met het Goede Doel)
7 Wit is het kleed
8 Jammer Voor Jou Nou
9 Uit Elkaar
10 Sammy (met Frans Halsema)
11 vecht-huil-bid-lach-werk en bewonder
12 Op kousenvoeten (in het teken van)
13 Onmogelijke droom
14 Sneeuw voor Wendela
15 Shaffy cantate (met Liesbeth List)
Attention! Feel free to leave feedback.