paroles de chanson Het Dorp - Ernst Daniël Smid
Thuis
heb
ik
nog
een
ansichtkaart
Waarop
een
kerk
een
kar
met
paard
Een
slagerij
J.
van
der
Ven.
Een
kroeg,
een
juffrouw
op
de
fiets
Het
zegt
u
hoogstwaarschijnlijk
niets,
Maar
't
is
waar
ik
geboren
ben.
Dit
dorp,
ik
weet
nog
hoe
het
was,
De
boerenkind'ren
in
de
klas,
Een
kar
die
ratelt
op
de
keien,
Het
raadhuis
met
een
pomp
ervoor,
Een
zandweg
tussen
koren
door,
Het
vee,
de
boerderijen.
En
langs
het
tuinpad
van
m'n
vader
Zag
ik
de
hoge
bomen
staan.
Ik
was
een
kind
en
wist
niet
beter,
Dan
dat
nooit
voorbij
zou
gaan.
Wat
leefden
ze
eenvoudig
toen
In
simp'le
huizen
tussen
groen
Met
boerenbloemen
en
een
heg.
Maar
blijkbaar
leefden
ze
verkeerd,
Het
dorp
is
gemoderniseerd
En
nu
zijn
ze
op
de
goeie
weg.
Want
ziet,
hoe
rijk
het
leven
is,
Ze
zien
de
televisiequiz
En
wonen
in
betonnen
dozen,
Met
flink
veel
glas,
dan
kun
je
zien
Hoe
of
het
bankstel
staat
bij
Mien
En
d'r
dressoir
met
plastic
rozen.
En
langs
het
tuinpad
van
m'n
vader
Zag
ik
de
hoge
bomen
staan.
Ik
was
een
kind
en
wist
niet
beter,
Dan
dat
nooit
voorbij
zou
gaan.
De
dorpsjeugd
klit
wat
bij
elkaar
In
minirok
en
beatle-haar
En
joelt
wat
mee
met
beat-muziek.
Ik
weet
wel,
het
is
hun
goeie
recht,
De
nieuwe
tijd,
net
wat
u
zegt,
Maar
het
maakt
me
wat
melancholiek.
Ik
heb
hun
vaders
nog
gekend
Ze
kochten
zoethout
voor
een
cent
Ik
zag
hun
moeders
touwtjespringen.
Dat
dorp
van
toen,
het
is
voorbij,
Dit
is
al
wat
er
bleef
voor
mij:
Een
ansicht
en
herinneringen.
Toen
ik
langs
het
tuinpad
van
m'n
vader
De
hoge
bomen
nog
zag
staan.
Ik
was
een
kind,
hoe
kon
ik
weten
Dat
dat
voorgoed
voorbij
zou
gaan.
Attention! N'hésitez pas à laisser des commentaires.